Horecazaken mogen sinds 1 juni weer open, maar daarmee zijn de zorgen niet weg. Volgens Koninklijke Horeca Nederland (KHN) draaien veel cafés en restaurants verlies door de 1,5-meterregel.
De branchevereniging roept het kabinet op om volgende week een einde te maken aan de beperkende coronaregels.
“We krijgen de strikte regels niet meer uitgelegd aan de bezoekers”, schrijft de afdeling Breda van KHN in een brandbrief. “Die zien dat er in winkels en bouwmarkten wel veel meer mensen rondlopen.”
De horeca wil dat het kabinet volgende week een einde maakt aan de 1,5-meterregel voor cafés en restaurants. Volgens de sector blijven de meeste gasten “met gezond verstand en een grote dosis eigen verantwoordelijkheid” uit zichzelf op gepaste afstand van elkaar.
Dat schrijft de afdeling Breda van Koninklijke Horeca Nederland donderdag in een brief aan premier Mark Rutte. De afdeling stelt ondersteund te worden door horeca uit andere steden, onder meer in Eindhoven en Alkmaar.
Volgens de briefschrijvers moet het kabinet qua beleid overstappen van ‘social distancing’ op ‘smart distancing’, als blijkt dat de besmettingscijfers van het RIVM deze week niet significant zijn gestegen.
“Mensen blijven misschien niet altijd en overal precies 1,5 meter uit elkaar, maar zorgen wel voor voldoende afstand. Zo moet het er ook uit gaan zien, want we krijgen de strikte regels niet meer uitgelegd aan de bezoekers. Die zien dat er in winkels en bouwmarkten wel veel meer mensen rondlopen. Ook in de buurlanden zoals België zijn de regels in de horeca soepeler”, aldus vicevoorzitter Johan de Vos van KHN Breda.
Horecazaken hebben het lastig, ook in de 1,5-metereconomie
De horeca wil dat elke zaak vanaf volgende week de helft van de beschikbare capaciteit binnen mag gebruiken. Als dat goed gaat zou het maximale aantal bezoekers stap voor stap uitgebreid kunnen worden.
De Vos: "Financieel is dat ook echt noodzakelijk, want als deze onwerkbare situatie blijft voortduren, blijven er geen leuke kroegjes meer over. En praktisch is het niet meer te doen, de mensen accepteren het niet meer."
Hoewel horecazaken sinds 1 juni weer open mogen, schat Koninklijke Horeca Nederland dat 25 tot 30 procent van de zaken gesloten is gebleven in de eerste week.
"Ondanks de vele positieve berichten is de heropening van de eet- en drinkgelegenheden voor veel ondernemers verliesgevend", aldus een woordvoerder. De branchevereniging krijgt signalen dat horecaondernemers hun zaak weer sluiten, omdat het met alle restricties niet rendabel is te krijgen.
Verwarring over begrippen in de coronaregels voor de horeca
Er klinkt ook kritiek van de Vereniging Chinees-Aziatische Horeca Ondernemers (VCHO) en de vakvereniging Professionele Frituurders (ProFri). Deze brancheorganisaties stellen dat er onduidelijkheid heerst over begrippen in de coronaregels voor de horeca.
"Door begripsverwarring is volstrekt onduidelijk wat wordt bedoeld met de begrippen ‘zelfstandige ruimte’ en ‘afzonderlijke ruimte. Deze begrippen die gebruikt worden in de noodverordeningen van de 25 veiligheidsregio’s zijn uitermate belangrijk, nu per 1 juni dertig en per 1 juli zelfs honderd gasten mogen worden toegelaten per zelfstandige functie binnen één gebouw," zegt directeur Frans van Rooij van ProFri.
Van Rooij zegt dat er ondernemers zijn die nu hun ruimtes niet durven te gebruiken, omdat ze het boeterisico te groot vinden en en de handhaving te willekeurig. "Zelfs tussen gemeenten binnen dezelfde veiligheidsregio bestaat verschil van uitleg. Bij een bepaling waarbij hoge boetes gemoeid zijn bij overtredingen, kan en mag het niet onduidelijk zijn."